Page 105 - ADD-ON ABLATION SURGERY IN PATIENTS WITH ATRIAL FIBRILLATION
P. 105

patiënten worden ondergedoseerd. Factoren die dit voorschrijfgedrag beïnvloeden zijn hoge leeftijd, type AF, pre-operatief gebruik van OAC en andere indicaties voor OAC gebruik behalve AF. Er werd echter geen verschil in bloedingsrisico of risico op een beroerte gezien tussen de overgedoseerde groep en de ondergedoseerde groep.
Hoofdstuk 7 bespreekt een multicenter onderzoek, waarbij de lange termijn resultaten van additionele ablatie chirurgie (radiofrequentie) zijn geanalyseerd. De bevindingen bevestigen dat een bipolaire energiebron betere resultaten levert t.a.v. het gewensteritme herstelen penetratie van de ablatie laesie door de hele wand van de boezem (transmuraliteit). Daarnaast blijken additionele rechtszijdige ablatie laesies van de boezem, naast de reguliere linkszijdige laesies, te leiden tot betere lange termijn ritme uitkomsten. Connecterende ablatie laesies van de linker boezem en mitraal isthmus blijken geen voorspellers te zijn voor recidief AF.Verder onderzoek is noodzakelijk om deze bevindingen te staven.
Hoofdstuk 8 geeft een literatuurstudie weer naar de resultaten van de relatief nieuwe ‘hybride’ procedure in de behandeling van ‘lone AF’ (AF waarbij geen sprake is van een hart- en/of longziekte). Bij deze procedure wordt een percutane epicardiale catheter ablatie gecombineerd met een endocardiale ablatie. Hierbij wordt de wand van het hart dus zowel van binnen als van buiten uit geableerd.Via Pubmed werden negen wetenschappelijke publicaties betreffende dit onderwerp geselecteerd. De hybride procedure laat betere resultaten zien in medicatie vrij SR herstel dan geïsoleerde procedures. Met name de bilaterale benadering met een bipolaire energie toepassing laat hoge succes percentages zien en lijkt de beste techniek. Maar ondanks deze hoopvolle resultaten, dienen er eerst grote gerandomiseerde onderzoeken te worden opgezet met een patiëntenpopulatie waarbij sprake is van langdurig persistent AF, om te kunnen bewijzen of de hybride procedure in de toekomst als de gouden standaard voor de behandeling van ‘lone AF’ kan worden betiteld.
In hoofdstuk 9 wordt geconcludeerd dat additionele ‘microwave’ ablatie chirurgie
de kwaliteit van leven bij AF patiënten niet beïnvloedt, maar ook conversie naar
SR niet. Daarnaast blijkt de procedure ook niet kosteneffectief. Deze resultaten
zouden kunnen verklaard worden door het gebruik van ‘microwave’ als energiebron:
additionele ablatie chirurgie op basis van bipolaire radiofrequentie toont betere
resultaten in SR restoratie. Hoewel additionele ‘microwave’ ablatie chirurgie niet A meer succesvol bleek te zijn in SR restoratie dan reguliere hartchirurgie, leek er wel
sprake te zijn van substraatmodificatie bij ECV.
Samenvatting
223


































































































   103   104   105   106   107